Ken jezelf

Jezelf zijn

Wie het heeft over ‘jezelf zijn’, veronderstelt dat er zoiets is als je ware zelf. Sommigen denken dat dat een illusie is. Het idee dat we een zelf hebben, een onveranderlijk ‘ik’, onze essentie, zou gebaseerd zijn op de diep menselijke behoefte continuïteit te zoeken, betekenis dus eigenlijk. Maar volgens hen is er niets waaruit blijkt dat het meer is dan een illusie, dat we een ware zelf hebben.

Anderen besteden er hun leven aan om anderen te helpen zichzelf te zijn, of hun ware zelf te vinden. Dus misschien moet je hen gelovigen noemen: mensen die ervan uitgaan dat je kunt terugvallen op je ware zelf. Tot de laatsten hoort Caroline McHugh. Ze schreef het boek Never Not en Lovely Moon over de kunst van het jezelf zijn. Zie ook deze Ted-lezing.

Caroline McHugh introduceert naast wat we kennen als een meerderwaardigheidscomplex (superiority complex) en een minderwaardigheidscomplex (inferiority complex), iets wat ze het ‘interiority complex’ noemt.

Uit de Ted-lezing (vanaf 10 minuten):

If you have a superiority complex or you have an inferiority complex, you need other people around. For the superiority complex, you need other people to be smaller, for the inferiority complex you need to suffer from ‘I’m going to be found out syndrome’, so somebody needs to find you out.

Interiority is entirely unrelative, so to operate from this position of interiority, it’s like a perceptual vantage point. It’s a sensibility. It’s an orientation, and it’s the only place in your life, you have no competition.”

Laten we interiority vertalen met ‘innerlijke waardigheid’. Het is wat er over blijft als er niemand meer is om je mee te vergelijken. Sterker nog: als je leeft vanuit dit perspectief, zijn anderen er niet om jou te bevestigen of af te wijzen. Wat een vrijheid geeft dat! Om onder alles iemand te zijn die niet bepaald wordt door anderen, zoals de lucht onaangedaan blijft door het weer.

Wie ben jij als je jezelf bent?

“Waar gaat je leven over?”

Zodra je de kunst van het vragen stellen beoefent, ga je letten op goede interviewers. Theo van Gogh was zo iemand. Zijn vragen waren opvallend: hij ontlokte mensen verhalen die ze nog nooit eerder verteld hadden. Over zichzelf ook. Hoe deed hij dat?

Vraagzin.nl besteedde onlangs aandacht aan de manier van vragen stellen van Theo van Gogh: “Van Gogh was met name een meester in het stellen van persoonlijke vragen. Ondanks dat zijn vraaggesprekken in Van Gogh’s Zondag en Een Pittig Gesprek nooit lang duurden, wist hij toch vaak tot de kern van iemand door te dringen. Waarbij de geïnterviewde niet weg kwam met nietszeggend geklets of hypocrisie.”

“Dé vraag die Van Gogh typeert, is misschien wel de vraag Waar gaat je leven over?

In het gesprek van Theo van Gogh met Jeroen Pauw, waar Vraagzin.nl naar verwijst, (video), beantwoordt Pauw inderdaad binnen drie minuten de vraag: “Was je graag een vrouw geweest?” En binnen vijf minuten: “Waar gáát je leven over?”

En tot slot: “Is er nog een einddoel, behalve doodgaan?”

Lees hier het hele stuk op Vraagzin.nl

Welke vraag bracht jou ooit op een nieuwe gedachte over jezelf?

Pas als je een autobiograaf bent, kan je leven beginnen

Pas als wij autobiografen zijn, kan ons leven beginnen. Pas door afkeer van je verleden of nieuwsgierigheid naar je toekomst, word je autobiografisch. Pas dan kun je je leven in eigen hand nemen en je verantwoordelijk voelen — misschien niet volledig voor je verleden, maar wel voor je toekomst. […]

Autobiografie gaat van mij betreft niet over geschiedschrijving, maar over zelfwording. Als kind je heb je eerst alleen een fysiek contact met de wereld. Gaandeweg komt er een gedachteleven bij, dan kun je gaan beschouwen en interpreteren. […] Als je enkel die fysieke oriëntatie op de wereld houdt, word je niet iemand die zichzelf evalueert, bekijkt en overdenkt, en die zijn eigen biografie ter hand neemt. Pas als wij autobiografen zijn, kan ons leven beginnen.”

René Gude, in Altijd een vertekend beeld, door Marc van Dijk, Trouw 10 maart 2010, zoals geciteerd in Autobiografisch schrijven, van Willemijn Soer (2013, p. 26)

Zie ook: De filosofie van hard werken, door Marli Huijer, Trouw, 27 april 2015.

Wanneer ben je een autobiograaf?

Jezelf leren kennen: geen navelstaarderij

Filosoof Welmoed Vlieger vertelt in De Volkskrant over jonge mensen en burn-out. Mooi interview, lees hier.

We werken steeds meer met ons hoofd. Denkt u dat we daarom massaal aan mentale uitputting lijden?

“Nee. Het zijn vragen als: kan ik dit wel, wil ik dit wel of doe ik dit omdat anderen het van me verwachten? Dáár worden mensen moe van. Dat vraagt om zelfonderzoek: eerlijk jezelf onder ogen zien. Dat los je niet op met een weekendje Parijs.

En, dat vind ik belangrijk om te benadrukken, het is geen navelstaarderij. Want door jezelf te leren kennen – ook je donkere kanten – kan er ook ruimte ontstaan voor anderen. Je kunt je makkelijker verhouden tot anderen, hen accepteren zoals ze zijn.”

Wanneer ken je jezelf?